Sinds 10 jaar ben ik naast mijn ontwerpatelier bezig in een tweede atelier met sculpturen. Na een experimentele periode met vooral abstract werk in hout en epoxy, begon ik torso's en lijven in was te boetseren. In het juweelontwerpen, heb ik wellicht indirect veel over het lichaam gedacht. Van bij aanvang wou ik immers draagbare juwelen maken voor een levende
vrouw.
Was is een materiaal dat ik goed ken als juweelontwerper. Ik onderzocht ook de mogelijkheden van porselein, dat door de broosheid en het moeizame bakproces bij mijn vragen paste. Veel mislukt vooraleer een porseleinen beeld zich realiseert.
De wassen beelden mouleer ik om ze ofwel in porselein ofwel in brons te gieten. Deze werkwijze heeft als voordeel dat de stukken terug in het atelier komen, daar opnieuw een dialoog met elkaar aangaan en elkaar opladen. De wassen beelden kunnen dan anders geboetseerd worden naar een vervolgbeweging of naar een beweging die antwoordt op de uitdrukking van een ander beeld.
Het is vooral lichaamsbeweging die ik zoek weer te geven. Ongeveer zoals in tekenfilms of de fotoseries van Muybridge. Stop motion sculptures.
Wat je ziet als een lichaam beweegt. Vaak zie je dat schuin in een ooghoek en slechts in een achteraf. Vandaar de ontbrekende of uitgerekte ledematen. De scheidslijn tussen het geziene en het onzichtbare is flinterdun. En een constructie van wat je waarneemt.
Voor het ogenblik ben ik vooral gefascineerd door de verticale bewegingen van vallen en opstaan, vliegen en opstijgen, de overgave in de dans, … Wezens tussen hemel en aarde, bewegend als boodschappers tussen beide, tussen leven en dood ook. Ze ontspringen aan sterfelijkheid.
Dat de wassen beelden blijven bestaan en herwerkt kunnen worden, staat mij toe om de paradox van 'stills in beweging' te onderzoeken, de 'stop motion'. Een gieting is slechts een still van een voortdurende beweging: in het creatieproces en in de beelden zelf.